Op 9 juli 1993 verscheen de allereerste editie van de Suske en Wiske Stripspecial, die later zou evolueren tot het Suske en Wiske Weekblad. Inmiddels zijn er al 30 jaar verstreken sinds die mijlpaal. Het is een uitstekende gelegenheid om dieper in te gaan op de stripspecials en weekbladen van Suske en Wiske.

Standaard Uitgeverij begon al in de jaren ’80 te onderzoeken of het mogelijk was om een jeugdmagazine uit te brengen. Ze onderzochten verschillende formules, zoals krantenbijlagen, week- en maandbladen. Uiteindelijk werd er in 1992 gekozen voor een weekbladformule, dat oorspronkelijk gepland stond voor een lancering in het midden van 1994. Vanwege het wegvallen van het populaire Kuifje magazine, dat destijds een vaste waarde was in de leesmappen, werd de lancering naar voren geschoven. Vanaf juli 1993 werden daarom 11 proefnummers opgenomen in de leesmap onder de naam Suske en Wiske Stripspecial. Dit diende als een leerschool voor Standaard Uitgeverij om te wennen aan het wekelijks uitbrengen van een magazine. Naast Suske en Wiske bevatten deze magazines voornamelijk andere stripverhalen, zoals Bessy, Kiekeboe en Schanulleke. Langzaamaan werden er ook redactionele pagina’s aan de specials toegevoegd. De stripspecials waren echter niet los te koop en daardoor zijn ze redelijk zeldzaam.

Op 16 september 1993 werd het eerste Suske en Wiske Weekblad uitgebracht. Lezers kregen dit magazine gratis bij het album De snikkende sirene. Er werd ook een uitgebreide promotiecampagne gestart met posters en displays. Bij nadere inspectie van het weekblad viel op dat het logo iets was aangepast ten opzichte van de stripspecials. Er werden andere lettertypes gebruikt en de personages waren bovendien omgedraaid. Ook werd de kleurstelling van het logo gewijzigd van groen naar blauw.

Uit de persmap bleek dat Standaard Uitgeverij zich met het weekblad voornamelijk richtte op kinderen tussen de 8 en 14 jaar oud. In de eerste jaren kon het weekblad zowel los in de winkels gekocht worden als via een abonnement verkregen worden. In Nederland wist het weekblad echter niet voldoende aan te slaan, waardoor de distributie via winkels in 1996 werd stopgezet. Vanaf dat moment was het weekblad in Nederland alleen nog verkrijgbaar via een abonnement.

In 2002 onderging het weekblad een restyling om de teruglopende verkoopcijfers een halt toe te roepen. Het kreeg ook een iets andere naam: ‘Suske en Wiske, een weekblad vol pit’. In het vernieuwde weekblad kregen Suske en Wiske meer ruimte en werden er vanaf dat moment alleen nog covers met Suske en Wiske gemaakt, veelal getekend door Jeff Broeckx. Het weekblad kwam zelfs weer een tijdje in de Nederlandse winkels te liggen. Helaas mocht dit niet baten. Op 24 december 2003, meer dan 10 jaar na de eerste uitgave, verscheen uiteindelijk het laatste weekblad. Overigens verscheen bij een externe uitgever in 2011 het Suske en Wiske Magazine, met een uniek kortverhaal: De meteo machine. Jammer genoeg is het beperkt gebleven tot deze eenmalige uitgave.

Er zijn nooit Suske en Wiske-verhalen exclusief voor het Suske en Wiske Weekblad gemaakt, maar het bevatte wel voorpublicaties van nieuwe verhalen. Daarnaast werden er regelmatig eerder uitgegeven verhalen opgenomen. Het debuut van Klein Suske en Wiske vond wel plaats in het weekblad. Verschillende tekenaars en medewerkers die betrokken waren bij het weekblad zouden in latere jaren belangrijke bijdragen gaan leveren aan het Suske en Wiske-universum. Zo werkte Marc Verhaegen destijds al mee aan Suske en Wiske, maar kreeg hij ook de ruimte in het weekblad om te werken aan zijn eigen stripreeks (Calpako, Ted en Fred). Daarnaast werd Peter van Gucht door de redactie van het weekblad gekoppeld aan Luc Morjaeu (Rafke de Raaf), wat uiteindelijk leidde tot hun samenwerking als leiders van de Suske en Wiske Studio. Tekenaar Charel Chambré maakte zijn debuut met gags rond Streetkids. Charel en Marc Legendre, die ook deel uitmaakte van de redactie van het weekblad, zouden later samenwerken aan de stripreeks Amoras.

Voor verzamelaars die graag alles van Suske en Wiske willen bezitten, is het compleet krijgen van het weekblad minder makkelijk dan het op het eerste gezicht lijkt. Sommige uitgaven van de stripspecials en weekbladen bestaan in verschillende edities. Er zijn namelijk verschillen tussen de Nederlandse en Belgische edities, maar ook tussen de verkoop-/abonnementsversies en de edities voor de leesmap. Een voorbeeld hiervan is het allereerste weekblad, dat in drie verschillende versies verscheen: een Nederlandse en Belgische versie die geseald zaten bij De snikkende sirene en een losse verkoopeditie. Ook in veel latere edities zijn verschillen waargenomen tussen de Nederlandse en Belgische versies, zoals verschillen in advertenties die werden gebruikt. Een opvallend verschil betrof nummer 25 uit 1994, dat over het WK voetbal ging. Op de Nederlandse editie stond Dennis Bergkamp afgebeeld en kregen lezers een poster van het Nederlands voetbalelftal. Op de Belgische editie stond Enzo Scifo en kregen lezers uiteraard een poster van het Belgische voetbalelftal. Ook voor de leesmap werden de weekbladen regelmatig aangepast. Zo werd er vaak op de cover vermeld dat het weekblad een gratis bijlage bevatte. Voor de leesmap werd deze bijlage meestal weggelaten, aangezien deze vaak meerdere keren werd doorgegeven aan verschillende lezers, dus werd de cover om deze reden aangepast.

Naast de reguliere weekbladen zijn er ter promotie ook enkele speciale uitgaven uitgebracht. Zo verscheen er een reclame-editie voor Neckermann, Persil en Red Band met informatie over de Suske en Wiske Musical. Bij de eerste druk van nummer 245 De 7 Schaken zat een kleiner formaat promotienummer. Daarnaast is er een reclame-editie van Fleurig ’96 in Ede uitgebracht, die qua inhoud gelijk is aan nummer 34 maar een andere omslag had.